Constanten declareren

   

Met het declareren van een constante kunt u een zinvolle naam aan een waarde toekennen. Voor het declareren van een constante en het instellen van de waarde gebruikt u de instructie Const. Als u een constante hebt gedeclareerd, kunt u deze niet meer wijzigen.

Ook kunt u geen nieuwe waarde meer toewijzen. U kunt een constante binnen een procedure declareren of boven aan een module in de sectie Declaraties. Constanten op moduleniveau zijn standaard private. Als u v≤≤r de instructie Const het sleutelwoord Public plaatst, declareert u de constante expliciet private. Uw programmacode is hierdoor makkelijker te lezen en te interpreteren. Zie voor meer informatie "Bereik en zichtbaarheid" in Visual Basic Help.

In het volgende voorbeeld wordt de Public-constante conAge als een Integer gedeclareerd. Verder wordt de waarde 34 toegewezen.

Public Const conAge As Integer = 34

Constanten kunnen als een van de volgende gegevenstypen worden gedeclareerd: Boolean, Byte, Integer, Long, Currency, Single, Double, Date, String of Variant. Aangezien u de waarde van een constante al weet, kunt u het gegevenstype opgeven in een instructie Const. Zie voor meer informatie over gegevenstypen de sectie ôSamenvatting gegevenstype" in Visual Basic Help.

U kunt meerder constanten in ΘΘn instructie opgeven. Als u een gegevenstype wilt opgeven, moet u voor elke constante het gegevenstype opnemen. In de volgende instructie worden de constanten conAge en conWage als Integer gedeclareerd.

Const conAge As Integer = 34, conWage As Currency = 35000